Soms zijn er op televisie reportages waar ik vol bewondering naar kunst kijk en die mijn gevoel voor schoonheid een boost geven. Zo was er onlangs op BBC een rapportage over een kleine Afrikaanse jongen die gewapend met een potlood prachtige portretten maakte. Zoiets kan ik echt bewonderen. Ik erger me soms aan de ondingen die er in de kunstgalerijen in Knokke staan; echt lelijke flauwekul die voor belachelijk dure prijzen te koop staan. Een aanslag op mijn esthetisch gevoel. Akkoord, in de kunstgalerijen voor de rijke snobs in Knokke staan uitzonderlijk soms ook mooie kunstwerken, maar het meeste van die moderne rommel is gewoon gebakken lucht. En dan zie je daar een op TV een 11-jarige zwart jongetje meesterlijke dingen maken, en dan denk ik aan het Smak in Gent.
De kunstpaus Hoet de 1ste leefde toen nog en dit genie verteerde lustig ons belastinggeld aan wat hij onfeilbaar tot kunst had gedoopt. Ik hou van kunst, maar wat ik daar te zien kreeg in het Hoet-heiligdom was niet zozeer decadent maar gewoonweg het zien niet waard, kortom lelijk. Waanzin. Mijn frustratie werd in elke zaal alleen maar erger en toen ik besefte hoeveel geld onze Jan had uitgegeven aan de Mosselpot was mijn respect voor de zogezegde hedendaagse kunst gedaald tot een aboluut nulpunt. Ik heb nog altijd spijt dat ik niet naar het loket ben gegaan om mijn toegangsticket terug te eisen en het Smak te betichten van oplichting en bedrog. Sindsdien heb ik vooral bewondering voor grote murals op straat, voor striptekenaars, voor hyperrealisme en voor artiesten die nog metier hebben, zoals een Panamarenko en een Fabre. Misschien ben ik wel een cultuurbarbaar geworden dankzij de gebakken lucht van Jan Hoet.
Kijk een naar de tekeningen van deze 11 jarige artist:
klik hier op Kareem Waris
De kunstpaus Hoet de 1ste leefde toen nog en dit genie verteerde lustig ons belastinggeld aan wat hij onfeilbaar tot kunst had gedoopt. Ik hou van kunst, maar wat ik daar te zien kreeg in het Hoet-heiligdom was niet zozeer decadent maar gewoonweg het zien niet waard, kortom lelijk. Waanzin. Mijn frustratie werd in elke zaal alleen maar erger en toen ik besefte hoeveel geld onze Jan had uitgegeven aan de Mosselpot was mijn respect voor de zogezegde hedendaagse kunst gedaald tot een aboluut nulpunt. Ik heb nog altijd spijt dat ik niet naar het loket ben gegaan om mijn toegangsticket terug te eisen en het Smak te betichten van oplichting en bedrog. Sindsdien heb ik vooral bewondering voor grote murals op straat, voor striptekenaars, voor hyperrealisme en voor artiesten die nog metier hebben, zoals een Panamarenko en een Fabre. Misschien ben ik wel een cultuurbarbaar geworden dankzij de gebakken lucht van Jan Hoet.
Kijk een naar de tekeningen van deze 11 jarige artist:
klik hier op Kareem Waris