Met de boot een week op de Nijl is een comfortabele manier om het oude Egypte te ontdekken.
Ja, die faraoh's waren heel slim en vooruitziend: ze hebben al die prachtige tempels, paleizen en grafmonumenten langs de Nijl neergezet zodat wij, verwende westerlingen, er duizenden jaren later met hotelboten kunnen langsvaren, genietend van een drink boven op het zonnedek.
Die oude egyptenaren waren wel stapelzot met hun diverse goden en heel ingewikkelde fantasie religies, maar ze waren wel clever genoeg om al die slaven en dwangarbeiders stenen te laten sleuren en te doen uitbeitelen. Zo kunnen die geleerde egyptologen de dag van vandaag nog altijd hun dagen en hun bankrekeningen vullen. En dan zwijgen we maar zedig over het Ministerie van Toerisme in Egypte dat elke dag miljoenen euro's en dollars ontvangt van de toeristenstroom die dure tickets betalen om al dat moois te bewonderen. Deze industrie geeft ook werk aan een leger van honderdduizenden politieagenten die constant met machinegeweren die decadente ongelovigen begeleiden, bewaken en beschermen tegen terreur aanslagen door de echte volgelingen van Mohammed. Een machine die geld maakt voor het arme Egypte. Er moet maar één bus, één hotelboot of één hotel ontploffen en het land stort in mekaar. Hopelijk heeft her regime niet te veel fundamentaliste vijanden.
Maar industrie of niet: het is een culturele bagage die je moet meepakken. Het best bewaarde oudheidkundig erfgoed ter wereld: de oorsprong van de civilisatie. De bakermat van de beschaving, ja dat klinkt toch goed.hé. En zo een culturele Nijlcruise is en blijft een aanrader.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten